Tbs'er krijgt geld voor elke maand dat hij niet mocht roken in Woenselse Poort

EINDHOVEN - Een tbs’er in de Eindhovense tbs-kliniek Woenselse Poort krijgt 100 euro voor elke maand dat hij niet mocht roken. In totaal kent de rechtbank de man een schadevergoeding van 1400 euro toe.

Sinds september 2022 verblijft de man in de Woenselse Poort. Hij zit hier vast omdat hij door de strafrechter is veroordeeld tot de maatregel TBS met dwangverpleging. Zodra hij hier vast kwam te zitten, moest hij stoppen met roken. Want de Eindhovense instelling voor geestelijke gezondheidszorg (GGzE) voerde per 1 juli 2022 een algeheel rookverbod in. Ze claimde ook dat de Tabakswet haar hiertoe verplichtte.

Roken op de kamer was al langer verboden, maar de GGzE verklaarde de sigaret op haar héle terrein de Grote Beek taboe. Dus wie de pech had vast te zitten in de kliniek, mocht ook niet langer in de binnentuin roken en moest verplicht ‘afkicken’.

‘Een beproeving’

Vier cliënten van de Woenselse Poort stapten vorig jaar naar de kantonrechter. Ze smeekten de rechter om in te grijpen, omdat het rookverbod hun toch al zware leefomstandigheden tot een beproeving zou maken. Uiteindelijk zette de Rechtbank Oost-Brabant eind november een streep door het algehele verbod.

Bovenkant formulier

Ja, ik wil elke week het beste van het Eindhovens Dagblad (Premium) ontvangen via e-mail

Onderkant formulier

De man die nu een schadevergoeding krijgt was niet betrokken bij de eerdere rechtszaak. Hij vroeg wel direct nadat het verbod van tafel was een schadevergoeding aan voor de 14 maanden dat hij niet had mogen roken. Hij ving bot bij de stichting. Ook hij stapte naar de rechter. En opnieuw beslist de Rechtbank Oost-Brabant in het nadeel van de GGzE.

Het gedwongen stoppen met roken bezorgde hem naar eigen zeggen een hele reeks klachten, zo blijkt uit de uitspraak: ‘afkickverschijnselen, slecht slapen, stress, gevoelens van angst, hoofdpijn, zweten en trillen’. Dat zou volgens hem hebben geleid tot ‘incidenten’, die niet verder worden toegelicht. Hij vindt dat hij is ‘geschaad in het recht om zijn eigen leven vorm te geven’. Hij ziet de schadevergoeding ook als ‘prikkel’ om te voorkomen dat de GGzE in de toekomst nog eens zo optreedt.

Volgens de GGzE is de kans groot dat de nare gevoelens van de man en de incidenten het gevolg zijn van zijn psychische stoornis, al erkende de instelling tijdens de zitting dat dit lastig te bepalen is.

De rechtbank denkt hier anders over. ‘Het is aannemelijk dat het niet mogen roken in ieder geval spannings- en frustratieverhogend is geweest. De man heeft, zo staat in rapportages, meerdere keren benoemd geagiteerd te zijn omdat hij niet mocht roken.’ De GGzE bood hem wel nicotinekauwgom en -pleisters, ‘maar uit niets blijkt dat hij hierdoor geen spanning en frustratie (meer) heeft ervaren.’